Gisteren werd in de provincieraad een motie van de meerderheid goedgekeurd. Wij hebben ons daarop onthouden omdat er niets gezegd wordt over de oorzaak, nl. de massale immigratie. We hadden wel een amendement ingediend maar dat werd door Chris Taes (CD&V) zeer misprijzend afgewezen, met de gekende dooddoener dat het racistisch zou zijn. (gedetailleerd verslag volgt)

Amendement bij de motie nr 43

toevoegen van een extra streepje

a) bij de toelichting

De reden hiervoor is meervoudig

– er is een enorme instroom van nieuwe inwoners uit alle hoeken van de wereld, waarvan zeer velen beroep doen op onze sociale zekerheid en onze sociale woningen

Bij de laatste zin van de toelichting:

ter attentie van de Vlaamse en de federale regering

b) bij de motie zelf

– De provincieraad van Vlaams-Brabant vraagt aan de federale regering om de armoede-immigratie van tienduizenden gelukzoekers per jaar drastisch – dus met minstens de helft – te verminderen, omdat zij een zware hypotheek legt op onze sociale zekerheid en bijgevolg ook op onze sociale huisvesting.

Motie met betrekking tot sociale huisvesting in Vlaams-Brabant

Toelichting

In Vlaams-Brabant wordt het steeds moeilijker een woning of appartement te huren. Niet alleen voor mensen met een vervangingsinkomen, maar ook voor mensen met een bescheiden of zelfs modaal inkomen.

De reden hiervoor is meervoudig:
– de huurprijzen in onze provincie zijn relatief hoger dan in andere provincies, omdat de nabijheid van Brussel een grote invloed heeft op de huurmarkt in grote delen van Vlaams-Brabant;
– er is een algemene trend van steeds minder huurwoningen of huurappartementen op de markt, wat de druk op de private huurprijzen vergroot;
– de inkomensmaxima die door sociale verhuurmaatschappijen moeten worden gehanteerd zijn zo laag dat veruit de meeste inwoners hiervoor niet in aanmerking komen, tenzij ze op een vervangingsinkomen beroep moeten doen;
– er zijn te weinig woningen die via sociale-verhuurkantoren worden aangeboden.

Deze situatie heeft tal van negatieve gevolgen:
– er is op de reguliere huurmarkt onmiskenbaar een verdringing van de minder kapitaalkrachtige bevolking door meer welstellende kandidaat-huurders;
– jonge gezinnen, samenwonenden of alleenstaanden vinden vaak geen betaalbare huurwoning in eigen stad of dorp en moeten noodgedwongen verhuizen naar streken waar de huur nog wel betaalbaar is;
– in sociale woonwijken waar alleen sociale huurwoningen of appartementen worden gebouwd is er meer en meer gettovorming, omdat de gehanteerde inkomensmaxima voor kandidaat-huurders dermate laag zijn, dat er van sociale mix geen sprake meer is;
– binnen de categorie van kandidaat-huurders, krijgen mensen met een laag tot bescheiden inkomen uit arbeid ( bv. 1.300 euro/maand ) geen kansen meer op de sociale huurmarkt, omdat ze verdrongen worden door leefloners of kandidaat-huurders met een vervangingsinkomen. Op die manier wordt het signaal gegeven dat men het best werkloos blijft om in aanmerking te komen voor een sociale huurwoning. Dat kan niet de bedoeling zijn;
– sociale huisvestingsmaatschappijen komen meer en meer in moeilijkheden omdat ze, binnen de algemene normen die voor het bouwen van huurwoningen zijn vastgelegd, onvoldoende middelen hebben om kwaliteitsvolle huurwoningen te realiseren, omdat in de bouwprijs ook de kostprijs van de grond een belangrijke rol speelt.

De Vlaamse regering bereidt een aanpassing van het zogenaamde ‘sociaal huurbesluit’ voor, zo kondigde Vlaams minister Freya Van Den Bossche op 23 maart jl. in ‘Ter Zake’ aan.

De provincieraad van Vlaams-Brabant wordt uitgenodigd de volgende motie ter attentie van de Vlaamse regering goed te keuren:

MOTIE

– De provincieraad van Vlaams-Brabant vraagt de Vlaamse regering het sociaal huurbesluit zo spoedig mogelijk bij te sturen, zodat mensen met een laag tot bescheiden inkomen in aanmerking kunnen komen voor sociale huurwoningen. Het Vlaams Regeerakkoord voorziet dit immers voor sociale huurwoningen, sociale koopwoningen én sociale kavels. Wegens de bestaande, te lage inkomensmaxima voor kandidaat-huurders, komen vrijwel alleen mensen met een leefloon of een vervangingsinkomen in aanmerking voor de huur van een sociale woning. Daarmee wordt een fout signaal gegeven aan kandidaat-huurders en wordt aan sociale verdringing gedaan.
– De provincieraad van Vlaams-Brabant vraagt de Vlaamse regering het financieringssysteem van de sociale huisvestingsmaatschappijen aan te passen, zodat bij de financiering van projecten de duurdere grondprijzen in de provincie voluit in rekening worden genomen.
– De provincieraad van Vlaams-Brabant vraagt de Vlaamse regering om de sociale huisvestingsmaatschappijen ertoe aan te zetten om een gedeelte van hun jaarlijkse realisaties te verhuren of te verkopen als bescheiden woningen, daarvoor hogere inkomensgrenzen te bepalen dan diegene die gelden of zullen gelden bij de sociale huurwoningen, en die aan te bieden als starterswoningen waarin jonge gezinnen tijdelijk, in afwachting van een definitieve woning, kunnen wonen.
– De provincieraad van Vlaams-Brabant vraagt de Vlaamse regering een versnelde inhaalbeweging te financieren inzake sociale en bescheiden huurwoningen in de provincie – en meer bepaald in de brede regio rond Brussel – om op die manier sociale verdringing tegen te gaan en mensen met een laag tot bescheiden inkomen de kans te bieden in hun gemeente of stad te blijven wonen.
– De provincieraad van Vlaams-Brabant vraagt de Vlaamse regering, in afwachting van de bevoegdheidsoverdracht van Vlabinvest naar de provincie in het kader van de afspraken over de interne staatshervorming, een intensievere samenwerking te stimuleren tussen de Vlaams-Brabantse Investeringsmaatschappij Vlabinvest en de sociale huisvestingsmaatschappijen van de provincie, zodat de financiële middelen die bij Vlabinvest beschikbaar zijn, doeltreffender kunnen worden ingezet om kwalitatieve huurwoningen aan te bieden in een regio waarin de grondprijzen relatief veel duurder zijn dan in andere provincies. De inkomensgrenzen die gelden voor kandidaten die in aanmerking willen komen voor Vlabinvestinitiatieven (en die hoger liggen dan voor de zuivere sociale huisvestingsinitiatieven) moeten gelijkmatig worden verhoogd met de aangepaste inkomensgrenzen voor sociale huurwoningen, sociale koopwoningen en sociale kavels.
– De provincieraad van Vlaams-Brabant vraagt de Vlaamse regering om de werking van de sociale-verhuurkantoren te verbeteren en aan te passen zodat meer huurwoningen via sociale-verhuurkantoren worden aangeboden.
– De provincieraad van Vlaams-Brabant vraagt de Vlaamse regering om met financiële en fiscale stimuli het privéaanbod aan kwalitatieve en betaalbare huurwoningen te verhogen.

Motie ingediend op 17 april 2012 door Chris Taes namens de drie meerderheidsfracties CD&V/N-VA, Open vld en sp.a.

Debat

De heer Laeremans geeft een toelichting bij het amendement. Spreker kan zich vinden in de motie, maar heeft één grote bemerking.

De werkelijke vraag is hoe het komt dat alles hier zo duur is. Symptoombestrijding alleen is niet genoeg. De oorzaak van de enorme vraag is de immigratie van zo’n 20.000 mensen per jaar naar Brussel van alle hoeken van de wereld, en vervolgens de overvloeiïng naar de Rand. We kunnen niet dweilen met de kraan open. Vandaar het amendement van Vlaams Belang. Gelukszoekers maken al het overgrote deel uit van de OCMW-steuntrekkers in Antwerpen. Dit gaat de draagkracht van onze sociale zekerheid te boven. Zeker in de rand rond Brussel kunnen Vlamingen geminoriseerd worden, maar daar zal de federale regering – waarin ook de franstaligen zetelen – zeker niets aan doen.

Mevrouw Vandervelde zegt dat Groen! de motie zal goedkeuren, mits twee kanttekeningen. Dit is geen en-en verhaal op het vlak van middelen maar een vraag om een deel van de middelen naar een bijkomende doelgroep te laten gaan. De jonge tweeverdienende starters mogen meetellen, maar er zijn al serieuze wachtlijsten voor sociale woningen. Minister Vandeurzen wil de tussenschotten in zijn beleid laten wegvallen, cfr. ‘Zicht op 2020’. Hij trekt alvast geen bijkomende middelen uit voor mensen met een beperking als hij wil dat ze terechtkunnen in de sociale woningbouw. Spreekster dringt bijgevolg aan op voldoende middelen voor al die doelgroepen.

Ten tweede vindt Groen! ook dat de regelgeving moet aangepast worden en er fiscale stimuli nodig zijn om private partners mee te betrekken. Maar ook de gemeenten en OCMW’s moeten aangespoord worden om concreet op hun niveau mee te werken. Het is niet voldoende een motie te richten aan de Vlaamse regering. In Kortenberg hebben wij het gehad over een rollend fonds om meer gronden ter beschikking te stellen aan betere prijzen, meer boetes te heffen op leegstand enz.

De heer Taes: Over het amendement zou ik nog iets willen zeggen, we zouden er ons natuurlijk gemakkelijk kunnen van afmaken door te stellen dat de ontwerpmotie gericht is aan de Vlaamse Regering en het amendement aan de Federale Regering, maar in overleg met de collega’s van de meerderheid wil ik toch ook ten gronde mijn afkeuring van dat amendement even motiveren. Het amendement is volgens ons de zoveelste poging van uw fractie, mijnheer Laeremans, om mensen en groepen te stigmatiseren en een etiket van profiteurs op te kleven.
Wij zeggen daarop samenleven is een verhaal van rechten en plichten en alle profiteurs die het systeem van sociale zekerheid misbruiken moeten worden aangepakt of ze wit of geel of bruin zijn ze moeten worden aangepakt, maar binnen in een rechtstaat is het zo dat mensen ook gelijke rechten hebben ook of ze wit of bruin of geel zijn en dat ze aanspraak mogen maken op dezelfde sociale voorziening en deze motie is erop gericht heel uitdrukkelijk in punt 1 om sociale verdringing tegen te gaan en die sociale verdringing die heeft geen kleur. Die sociale verdringing is een even groot probleem voor alle mensen die erbij betrokken zijn en in die zin en in die geest wil ik ook vragen om het amendement te verwerpen.

De heer Laeremans werpt op dat hij geen kleur gegeven heeft aan de gelukszoekers. Spreker blijft erbij dat een soort solidariteit met de rest van de wereld ten koste gaat van het eigen sociale vangnet. In Frankrijk erkent men dat reeds. Dat geld staat gewoon niet ter beschikking. Spreker begrijpt niet waarom de meerderheid niet wil inzien dat je de kraan moet dichtdraaien.

De heer Dandoy is akkoord met de argumentatie van de heer Taes maar wijst erop dat sociale verdringing blijkbaar wel een taalaspect heeft. De UF-fractie zal tegen het amendement stemmen en zich onthouden bij de motie zelf.

De heer Troch zegt aan de heer Laeremans dat hij de bal misslaat. Ofwel komen gelukszoekers hier legaal en hebben ze overal recht op, ofwel zijn ze illegaal, en dan komen ze niet in aanmerking. Dat probleem stelt zich dus niet en alles moet niet op één hoop gegooid worden.

De heer Smout kent de reden van de hoge huurprijzen. Deze zijn afgeleid van de waarde van de koopwoningen, dewelke bepaald wordt door de wet van vraag en aanbod. De heer Laeremans wijst alleen daarop, nl. kunnen we niets doen aan de hoge prijzen door mensen die van elders komen te weren, zodat er minder vraag is.

Spreker pleit ook voor een ander systeem van toelating tot een sociale woning, als het erom gaat een goede sociale mix te bekomen. Beter is het geen inkomensgrens vast te leggen, maar de kandidaat huurder of koper te laten betalen volgens zijn inkomen. Het beleid moet bepalen waar de marktwaarde ligt, niet je loon of je een sociale huurwoning kan krijgen. Zo zou iemand met een klein loon weinig betalen voor een sociale woning en iemand met een hoog loon veel.

De heer Siffert verduidelijkt dat ons land de deuren openzet voor een gebruik van de sociale voorzieningen dat wij niet kunnen dragen. Als je daar iets van zegt wordt je uitgemaakt voor iemand die een onderscheid maakt op basis van kleur of afkomst. Vlaams Belang verwijt enkel de eigen bestuurders in deze, niet die gelukszoekers.

De heer Taes: Ik stel vast dat de repliek vanuit de meerderheid een bijzonder gevoelige snaar geraakt heeft bij de VLAAMS BELANG-fractie. Ik kan alleen maar vaststellen dat in de tekst zelf die daarnet is voorgelegd en waarover we straks zullen stemmen dat daar staat dat in het systeem de gelukzoekers een bijzonder zware hypotheek leggen op de sociale zekerheid dat staat er toch in de tekst, dus klopt dat niet wat de heer Siffert zegt.