Vraag van Jan Laeremans aan de gouverneur
Op 8 november stelde collega Daniël Fonteyne een vraag aan de gouverneur over het probleem dat men met z’n gsm op de taalgrens soms bij eentalig Franse hulpdiensten terechtkomt.
De gouverneur antwoordde toen in grote lijnen het volgende: wie met de gsm belt, komt steeds terecht bij de dichtstbijzijnde zendmast, en die kan dus aan de taalgrens ook in Wallonië staan, of je nu 100 of 112 belt. Er is geen wet die dat kan verhelpen. Er wordt wel onderzocht hoe het komt dat men daar geen Nederlands begrijpt, want “normaal gezien” hebben al die telefonisten een cursus Nederlands moeten volgen.
Hoe ver staat het nu met dat onderzoek? Welke conclusies worden daaruit getrokken en welke maatregelen worden voorgesteld?
Antwoord:
Geacht raadslid,
Betreft : uw vraag van 6.02.2012 i.v.m. onderzoek eentalig Franse hulpdiensten op taalgrens
Hieronder kunt u een antwoord vinden op de vraag of het Hulpcentrum 100/112 Henegouwen, conform de wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, door de aanwezigheid van faciliteitengemeenten beschouwd wordt als een gewestelijke dienst die verschillende taalgebieden bedient en deze dus moet kunnen te woord staan.
Het artikel 34, §1, 4de lid van de taalwet bepaalt dat een gewestelijke dienst in zijn betrekkingen met een particulier de taal gebruikt die in de taalwet is opgelegd aan de plaatselijke diensten van de woonplaats van de betrokken particulier.
Voor een gewestelijke dienst waarvan de werkkring ook een gemeente met een speciale taalregeling bevat, is in het artikel 38, §3, van de wet, een specifieke bepaling ingeschreven. Hij dient in principe zo te worden georganiseerd dat het publiek, zonder enige moeite, te woord kan gestaan worden in de talen die deze wet voor de gemeenten uit het ambtsgebied erkent.
Taalfaciliteiten echter zijn een wettelijke uitzondering op de grondwettelijke indeling van het Belgisch grondgebied in vier territoriaal afgebakende taalgebieden. Ze vormen een afwijking van het territorialiteitsbeginsel: de algemene regel van eentaligheid binnen een homogeen taalgebied. Deze afwijking houdt in dat een inwoner van een faciliteitengemeente de mogelijkheid heeft om in zijn contacten met overheidsdiensten een andere landstaal te gebruiken dan de bestuurstaal van het gebied. Deze regeling doet echter geen afbreuk aan het principieel eentalig karakter van het taalgebied waartoe die gemeenten behoren.
Het Hulpcentrum 100/112 Henegouwen moet niet verplicht Nederlandstalig of meertalig personeel hebben (dit is wel het geval in het Hulpcentrum 100/112 Brussel), maar moet zich (net zoals de andere meldkamers) organiseren zodat zij het publiek een normale dienstverlening in het Nederlands kan aanbieden.
Conclusie gouverneur
Klaarblijkelijk kon de oproep waarover de vraag handelde niet in het Nederlands worden afgehandeld volgens de standaarden die moeten gelden voor een normale en correcte dienstverlening. Als gouverneur zal ik daarom contact leggen met het Hulpcentrum 100/112 Henegouwen en aandringen om zich aldus te organiseren dat een volwaardige dienstverlening ook in het Nederlands mogelijk is.
Met vriendelijke groeten,
Namens de deputatie,
Marc Collier,
provinciegriffier